Back to top
Menu
Verhaal van Barger-Compascuum
Terug naar overzicht
Zoek in deze collectie:
Uitgebreid zoeken
Zoek in deze collectie:
Uitgebreid zoeken

Verhaal van Barger-Compascuum

Barger-Compascuum is een veenkolonie tegen de uiterste grens van de provincie, tegen de Duitse grens. In tegenstelling tot de meeste veenkoloniƫn is het een vrij compact dorp met weinig lintbebouwing.

Het gebied waar Barger-Compascuum nu ligt, was eeuwenlang een woest en moeilijk begaanbaar hoogveengebied, dat onderdeel uitmaakte van het 50.000 hectare grote Bourtangermoeras. In de Middeleeuwen kregen de boeren van de Duitse zanddorpen Ober- en Niederlangen en Altharen van de bisschop van Munster het recht om hun schapen gezamenlijk te laten weiden in het gebied tot aan de Runde. Het was een belangrijk veenriviertje ten westen van het huidige Barger-Compascuum, dat uitmondde in het Zwarte Meer. Tot in de negentiende eeuw heeft er onenigheid bestaan tussen de Drenten en de Hannoveranen over de grens tussen de Duitse en Nederlandse gebieden. Een enkele keer kwam het zelfs tot massale vechtpartijen in het veen tussen de Drentse en Eemslandse boeren. De naam Barger-Compascuum is afkomstig van het Latijnse woord compascere, dat samen weiden betekent. In dit gebied lag de gezamenlijke weide van de marke van Emmen respectievelijk Noord- en Zuidbarge. In 1824 werd de staatsgrens tussen de Nederlandse en Duitse gebieden vastgelegd. Een definitieve scheiding volgde in 1867.

Door de definitieve grensscheiding werd het verbod op het bouwen van woningen met een stookplaats opgeheven, waardoor het grensgebied bewoond kon worden. Ondertussen waren rond 1861 de eerste bewoners al in het gebied neergestreken. Zij waren grotendeels afkomstig uit het Eemsland (Hannoveranen), maar er waren ook kolonisten uit Coevorden, Groningen en zelfs Overijssel. De overgrote meerderheid van hen was katholiek. In 1873 werd in het dorp een eigen parochie opgericht. Na een jaar missen te hebben gehouden in een schuurkerk met strodak, werd in 1874 een houten kerk gebouwd, die tot de ingebruikname van de huidige kerk in 1924 dienst bleef doen. Door de katholieke achtergrond staat Barger-Compascuum tijdens carnaval zes dagen in het teken van het zottenfeest. Tijdens carnaval wordt Barger-Compascuum omgedoopt tot Stiekelstad.